Astigmatisme

Bij astigmatisme is het zicht dichtbij én veraf verstoord en vervaagd. Met het aangedane oog kunt u dus minder scherp zien. U kunt last hebben van de volgende klachten, die vooral na lezen of andere visuele inspanningen kunnen optreden:

• u ziet onscherp of wazig;
• u bent verziend of bijziend;
• u ervaart concentratieproblemen door verminderde focus van de ogen;
• u heeft hoofdpijn;
• u ervaart oogvermoeidheid.

Bij mensen met astigmatisme zijn de hoornvliezen vaak ovaal in plaats van rond. Het hoornvlies bundelt het licht, laat het door en beschermt het oog tegen infecties en schade. Om scherp te kunnen zien, moet er één brandpunt op het netvlies vallen. Bij astigmatisme komt de lichtstraling samen in twee brandpunten in plaats van één. Dat zorgt voor een vervormd beeld.

Er zijn twee typen astigmatisme:

• eenvoudig astigmatisme: het ene brandpunt valt op het netvlies en het andere net ervoor of erachter;
• samengesteld astigmatisme: beide brandpunten vallen op verschillende plekken voor óf achter het netvlies.

Astigmatisme komt in de volgende gevallen vaker voor:

• als het in uw familie voorkomt. Astigmatisme is in de meeste gevallen aangeboren;
• als u ouder bent dan vijftig jaar;
• bij ernstige verwondingen aan het hoornvlies, bijvoorbeeld door een ongeval;
• als u de aandoening keratoconus heeft, een zeldzame aandoening waarbij het hoornvlies langzaam dunner en kegelvormig wordt en astigmatisme kan optreden;
• bij het Downsyndroom. Bij ongeveer één op de vijf mensen kan dit syndroom leiden tot astigmatisme.

De meeste vormen van astigmatisme zijn goed te behandelen. U kunt kiezen uit verschillende zichtcorrigerende maatregelen zoals:

• een bril
• contactlenzen (bent u ouder dan veertig jaar, dan zijn wellicht multifocale of bifocale lenzen nodig);
• een ooglaserbehandeling (LASIK).

U kunt met de opticien bespreken wat voor u de beste keuze is.